‘Nieuwe toernooien, thematische exposities en een film’

Nieuws over het Nederlands Golfmuseum en meer

De aantrekkingskracht van het Nederlands Golfmuseum, gevestigd in het clubhuis van Golfbaan landgoed Bleijenbeek in het Noord Limburgse Afferden, groeit. Dat is niet in de laatste plaats de verdienste van het bestuur van de stichting Nederlands Golfmuseum. Baaneigenaar Dirk-Jan Vink en bestuursvoorzitter en conservator John Ott geven uitleg over de nieuwste plannen.

De familie Vink opende in 1995 Golfbaan Welderen in Elst en een tiental jaren later Golfbaan Bleijenbeek in het Limburgse Afferden. Die golfbaan maakt onderdeel uit van een landgoed in het noordelijke deel van Nationaal Park De Maasduinen. Het landgoed is zo’n 125 hectaren groot, waarvan 30 hectaren bos. Verder vind je er de ruïne van Kasteel Bleijenbeek, een heerlijkheid die in 1945 door oorlogshandelingen werd verwoest en boerderij De Aldenhof. Er werd een 18 holes golfbaan (architect Gerard Jol), een par 3/4baan, een pitch en puttbaan met oefenfaciliteiten en een prachtig clubhuis met restaurant gerealiseerd.”

Aantrekkingskracht vergroten

De start was uitstekend, de prachtige lay-out van de baan en de situering in het noordelijke deel van Nationaal Park De Maasduinen droegen daar zeker aan bij. De crisis van 2008 gooide echter roet in het eten, het aantal (businessclub)leden liep terug en dus was het tijd voor actie. “Dat gebeurde op meerder fronten”, vertelt Dirk-Jan Vink. “Om te beginnen hebben we de banden met Nationaal Park De Maasduinen aangehaald. Ons landgoed werd een officiële toegangspoort voor het park en dat betekent dat je bij ons bijvoorbeeld alle informatie vindt over fiets- en wandelroutes. We trekken ook samen met de gemeenten op om de toeristische aantrekkingskracht van de regio te versterken. Voor ons betekende dat onder andere dat we veel bezoekers aantrekken, die bijvoorbeeld op het terras komen genieten van het prachtige landschap, maar geen directe connectie hebben met de golfsport. Dat kan, want zoals je overal op het terrein kunt lezen: Iedereen is welkom. Fietsclubs, wandelaars, maar bijvoorbeeld ook bridgegezelschappen maken gebruik van de faciliteiten in ons prachtige clubhuis. We kregen een vergunning voor een camperstandplaats, met als gevolg dat veel golfers en niet-golfers dankbaar gebruik maken van deze overnachtingsmogelijkheid.” De golfers werden niet vergeten. “Een grote groep greenkeepers werkt dagelijks aan het verbeteren van de baan, vaak met de inzet van vele vrijwilligers.” Ecologie is een belangrijk facet in de visie van de familie Vink. “Bijvoorbeeld door nauw samen te werken met natuurorganisaties. Zo is bijvoorbeeld recentelijk de Eckelse beek aanzienlijk verbreed, zodat er ruimte komt voor water, flora en fauna.”

Nederlands Golfmuseum

Maar er gebeurde meer “Een Duitse hoogleraar zette ons op het spoor van Pieter van Afferden, een Nederlandse humanist uit de zestiende eeuw”, vertelt John Ott. “Als rector van de Latijnse school schreef Pieter van Afferden het leerboekje Tyrocinium linguae latinae (Keulen 1545), een Latijns-Nederlands woordenboek waarin hij de regels van het golfspel beschreef. Dat betekende dat golf hier in de zestiende eeuw een bekend spel was. Dat was voor ons aanleiding een klein symposium in Afferden te organiseren, waarop boven verwachting goed werd gereageerd. We hadden veel pers en bezoekers uit de golfwereld. Toen kwam ook de vraag waarom er in Nederland eigenlijk geen golfmuseum was. Die handschoen hebben we opgenomen. We schreven alle Nederlandse golfclubs aan met de vraag of ze stukken van golfhistorische waarde aan ons wilden overdragen. Dat leverde een rijke oogst op. We hebben een prachtige collectie opgebouwd, niet alleen van de eerste clubs en ballen, maar ook van historische bokalen (ook de bokaal van het KLM Open staat hier) en zelfs van schilderijen waarop adellijke families zich al spelend lieten afbeelden.” John Ott heeft er ongeveer een dagtaak aan. “We kenden een vliegende start en ons museum groeide snel. We hebben veel internationale contacten gelegd, ook met Schotten die altijd hebben geclaimd dat zij de uitvinders van golf zijn, maar inmiddels hebben we een gentleman’s agreement bereikt: de oorsprong van het spel ligt in de Lage Landen, Schotland heeft onmiskenbaar een geweldige rol gespeeld in de mondiale verspreiding van de sport.”

Netwerken

Het museum groeide uit zijn jasje en kreeg meer ruimte in en rond de receptie van de golfbaan. “Inmiddels hebben we zoveel materialen, dat we eigenlijk alleen de meest bijzondere stukken tentoonstellen, de rest bewaren we in onze opslag of gebruiken we tijdens speciale exposities. We hebben bovendien – en dat durf ik met de hand op mijn te hart zeggen – de grootste collectie boeken die aan de golfsport zijn gewijd.” John Ott gebruikt zijn uitgebreide netwerk intensief om het museum verder op de kaart te zetten en met resultaat. John en vele vrijwilligers zijn er druk mee. “Ongeveer 50% van de tijd wordt besteed aan het steeds verder professionaliseren van het golfmuseum zelf. Interne zaken als aankleding, bewijzering of de uitbreiding golfcollectie. Die andere helft gebruiken we dus om het golfmuseum bij de buitenwereld steeds bekender te laten worden. Dat doen we via de website, onze maandelijkse nieuwsbrief, de digitalisering van de golfcollectie en onze vaste rubriek in De Nederlandse Golfkrant. Dat we ook wel eens op golfbeurzen staan of op congressen is minder bekend. Zo was afgelopen maand de NGF zo vriendelijk ons een plekje te geven op hun jaarlijkse Nationaal Golf Congres & Beurs. Maar er is meer. Zo organiseren we op 15 en 16 juli twee golftoernooien op onze golfbaan. De eerste dag staat in het teken van de Nederlandse Golfmuseum Cup, de tweede dag is de Nederlandse Golfkrant de organisator. Beide dagen is de hoofdprijs bijzonder, een week verblijf op de Canarische Eilanden, uiteraard met de nodige greenfees. Dit toernooi moet een jaarlijks terugkerend evenement worden. We organiseren verder een expositie rond het thema ‘Golf in Nederlands-Indië’, want ook daar werd op verschillende golfbanen driftig gegolfd.”

John Ott is samen met Dirk-Jan Vink ook al jaren bezig met het plannen van een documentaire waarin de focus ligt op Noord-Limburg. “We zoeken naar een breder draagvlak. Het spreekt vanzelf dat onze golfbaan en ons museum daar een prominente rol in zullen spelen. Er staat dus weer veel op het programma en wat me bijzonder aanspreekt is dat veel van de activiteit geen eenmalige evenementen zijn, maar dat ze jaarlijks terugkeren. Op die manier blijft het Nederlands Golfmuseum namelijk op de agenda staan.”

Word lid van Businessclub Golfbaan Landgoed Bleijenbeek

Ook de ontwikkelingen rond het Nederlands Golfmuseum zijn een duidelijk resultaat van het ondernemerschap van de golfclub. Dat is ook terug te zien in de businessclub van de baan, waar het aangename spel met zakendoen wordt verbonden. Veel business begint op de golfbaan. De businessclub groei snel, momenteel zijn er zo’n 140 leden maandelijks de maandelijkse businessclubwedstrijden afwisselend op Bleijenbeek en Welderen actief. De zakelijke voordelen van een businessclublidmaatschap zijn duidelijk, je leert snel en op een ontspannen manier collega-ondernemers kennen. Bovendien kun je het lidmaatschap inzetten voor je zakelijke netwerk, bijvoorbeeld door zakenvrienden uit te nodigen voor een rondje golf. Dat wordt altijd gewaardeerd. Kijk voor meer informatie op de website van de golfclub, of neem contact met ons op, bijvoorbeeld om als kennismaking een businessclubwedstrijd mee te maken. Kijk voor meer informatie op www.bleijenbeek.nl.”