Vive la France
We kennen Frankrijk als een heerlijk vakantieland, als een van de beste wijnproducenten van de wereld en als een culinaire droom. De uitdrukking ‘leven als een God in Frankrijk’ vat dat allemaal mooi samen. Onze band met Frankrijk is oud en niet altijd even leuk. Het land bezette Nederland van 1795 tot 1813 en in die tijd vonden er drastische bestuurlijke en maatschappelijk veranderingen plaats, die in veel gevallen de tand des tijds hebben doorstaan.
Een stukje geschiedenis. De Franse tijd begon in het grootste gedeelte van Nederland met de Bataafse Revolutie in 1795. Nederlandse patriotten riepen toen met steun van een Frans leger de Bataafse republiek uit, later vervangen door het Bataafse Gemenebest. Keizer Napoleon Bonaparte, sinds 1804 keizer van Frankrijk, ver ving in 1806 het Bataafse Gemenebest door het Koninkrijk Holland en zette zijn broer Lodewijk op de troon. Napoleon was al snel ontevreden over de voortgang die zijn redelijk onafhankelijke broer Lodewijk Napoleon maakte en hij annexeerde Nederland. Ons land werd een onderdeel van het Franse keizerrijk. Toen Napoleon in 1813 in Rusland werd verslagen (dat kostte zo’n 15.000 Nederlandse soldaten het leven) was het gedaan met de Fransen in Nederland. In dat jaar verklaarden de Hollandse departementen zich onafhankelijk van Frankrijk.
RIJKSMUSEUM
De Fransen waren niet onder de indruk van de bestuurlijke en maatschappelijk staat van Nederland. Ze besloten ons land op vele punten drastisch te veranderen, al waren die veranderingen voor een belangrijk deel vooral ook in het belang van Frankrijk zelf. Zoals in 1811 de invoering van de Burgerlijke Stand. Napoleon wilde gewoon weten wie waar in Nederland woonde, zodat het veel eenvoudiger werd om militairen op te kunnen roepen voor de militaire dienstplicht die hij in 1810 had ingevoerd. Napoleon had door zijn vele oorlogen een dringend behoefte aan militairen. De oproep van dienstplichtingen gebeurde door middel van loting, maar – heel bijzonder – een door het lot aangewezen soldaat kon een vervanger inhuren. Dat betekende dat natuurlijk met name vermogende jongemannen hun dienstplicht konden afkopen door iemand anders tegen betaling hun plaats te laten innemen. Maar er gebeurde meer, bijvoorbeeld ook op cultureel gebied. In de peri- ode van de Franse heerschappij werd het Koninklijk Instituut van Wetenschappen, De Koninklijke Bibliotheek en de nationale Kunstgalerij als voorloper van het Rijksmuseum opgericht.
GRONDWET
De Fransen veranderden meer. Ze voerden bijvoorbeeld de eerste Grondwet in Nederland in, met vrijheid, gelijkheid en democratie als belangrijke grondregels.
Er verscheen een burgerlijk wetboek en een algemeen geldend strafrecht, voor een belangrijk deel naar Frans voorbeeld. De kadasters en de daarvoor benodigde huisnummers werden ingevoerd en elke Nederlander kreeg een achternaam. De Fransen voerden met de kilo, meter en liter onze standaardmaten in, er kwam een in het gehele koninkrijk geldende munteenheid en ze reorganiseerden de postbezorging. De staat kreeg er het monopolie op en er werden vaste tarieven ingevoerd.
In 1797 opende het eerste postkantoor.
Ze reorganiseerden ook de bezorging, want dat gebeurde voorheen nog te voet. Postbezorging verliep door de invoering van posttransport via paard en wagen veel sneller.
ONDERWIJS
Ook het onderwijs (met name het lager onderwijs) werd met een nieuwe onderwijswet die in 1806 het licht zag flink onder handen genomen. Klassikale lessen door bevoegde leraren werden verplicht en ouders gingen schoolgeld betalen. Er kwam een landelijke inspectie die toezag op naleving van de wetten. Er kwam een armenzorg De Franse taal was in Nederland onder de elite de eerste taal en Frans was een verplicht vak op alle scholen. Tot ver in de twintigste eeuw werd Frans als een belangrijkere taal beschouwd dan het Engels. De invloed van het Frans op het Nederlands is nog steeds merkbaar in talloze woorden en uitdrukkingen. De Fransen veranderden in de tijd dat ze hier de scepter zwaaiden ons land drastisch en het is opmerkelijk dat veel van de zaken die zij invoerden ook nu nog in de een of andere vorm bestaan. Daarom: Vive la France!