‘Thuiswerken is inmiddels volledig geaccepteerd’
Over thuiswerken, kantoor nieuwe stijl, vervoer en economie
Corona heeft veel veranderd, onder andere onze kijk op thuiswerken. ‘Werk thuis, tenzij het niet anders kan’ was het devies. Dat heeft gevolgen. Volgens het Centraal Planbureau verwachten Nederlanders na de coronacrisis gemiddeld zo’n acht uur per week vanuit huis te werken en dat is twee keer zoveel als voor de crisis. Maar er is meer. Ook de functie van kantoren verschuift, wat gebeurde er met de verkeersdrukte en hoe gaat het er straks economisch uitzien als alles weer mag?
Uiteraard zijn de verschillen in thuiswerken per sector groot. In sommige sectoren zoals de bouw of de zorg kan vrijwel niemand vanuit huis werken, maar personeel uit de zakelijke dienstverlening en de financiële sector verwacht gemiddeld zo’n twee dagen per week thuis te werken. Dat is een verdubbeling. NRC hield een enquête onder acht grote werkgevers met veel kantoorbanen. Daaruit kwam ook de verwachting naar voren dat hun kantoorpersoneel ongeveer de helft van de week vanuit huis zal gaan werken. Dat is inmiddels volledig geaccepteerd.
Thuiswerken
Thuiswerken lijkt alleen maar voordelen te hebben. Minder of geen reistijd , geen prikkels, minder afleiding, geen stress, de productiviteit lijdt er in elk geval niet onder. Sterker nog, uit onderzoek komt naar voren dat thuiswerkers thuis productiever zijn dan op hun normale werkplek. Belangrijke voorwaarden zijn dan wel een goede IT-infrastructuur en een goed ingerichte thuiswerkplek. Daar hebben zowel werkgevers als werknemers veel van geleerd. Tijdens de eerste lockdown was er vaak sprake van improvisatie, maar er werd al snel geïnvesteerd in een volwassen werkplek die volledig arboproof is. Organisaties hebben nagedacht over hun thuiswerkbeleid en over de voorzieningen die daar bij horen. Hoe zit het met de vergoeding voor stroom, verwarming, het meubilair en de koffie? Is een goede internetverbinding een verantwoordelijkheid van het bedrijf? Ook als dat goed geregeld is kunnen er problemen zijn. Sommige werknemers hebben gewoon onvoldoende ruimte om een goede werkplek in te richten of er zijn jonge kinderen thuis. In dat laatste geval leert de praktijk dat werken voor een belangrijk deel verschuift naar de vroege ochtend en met name de avonduren. Thuiswerken kent ook beperkingen, alleen maar thuiswerken werkt contraproductief, want face to face contact met collega’s blijkt essentieel. Vandaar dat ook verstokte thuiswerkers toch maar maximaal twee dagen thuis willen werken, anders missen ze de aansluiting met belangrijke (vaak informele) bedrijfsinformatie en ze gaan het contact met collega’s missen. Raar maar waar. Die vervelende kwal die je altijd probeerde te ontlopen blijkt bij lange afwezigheid toch aardiger dan je dacht. En dan heb je nog die eindeloze vergaderingen op afstand, dat motiveert niet. Wat voor vergaderen op kantoor geldt, geldt ook voor vergaderen op afstand. Houd het zo kort en zakelijk mogelijk. Geef geen ruimte voor ellenlange uitweidingen, kap neuzelaars af en zorg voor structuur. Ook hier is de goede voorzitter cruciaal.
Kantoren
Minder mensen op kantoor betekent dat er minder vierkante meters nodig zijn. Ook verandert de functie van kantoor. Van een strakke werkruimte naar een plek waar beleving veel meer op de voorgrond zal komen te staan. Niet alleen een plaats om te werken, maar een ontmoetingsplek, het clubhuis of thuishonk van een bedrijf. De Amerikaanse interieurarchitect Casper Schwartz introduceerde de term habitoor, een samentrekking van een plezierige habitat – een plaats waar je graag wil zijn, waar je je op je gemak voelt – en een kantoor. Tot nu toe is een kantoor vaak een plaats waar je eigenlijk niet zou willen zijn. Onpersoonlijk, grauw, vloertegels, witte plafonds en een verzameling werkplekken. In zijn optiek kan dat anders, de menselijke factor wordt bepalend in de inrichting van zijn kantoren nieuwe stijl. Zijn habitoor moet juist een aanzuigende werking hebben op medewerkers, ze moeten er graag willen zijn. In zijn ontwerpen combineert hij werken (dat blijft nodig), ontmoeten en ontspannen. Een habitoor lijkt niet op de traditionele werkvloer, alles is gericht op menselijke interactie: ontmoeten, overleggen, bijeenkomen aan de koffiebar, lunchen, gamen, maar er is ook ruimte om geconcentreerd te werken of in kleine en grotere groepen kennis te delen. De Schwartz-doctrine lijkt langzaam terrein te winnen, Red Bull Nederland heeft in Amsterdam zijn hoofdkantoor geheel volgens zijn richtlijnen laten inrichten.
Verkeer en vervoer
Corona had in de eerste lockdown een grote impact op reisbewegingen in Nederland. Files verdwenen, de treinen waren vrijwel leeg. Toen de eerste gewenning aan het virus optrad zag je langzaam oude patronen min of meer terugkeren. Het autoverkeer groeide weer, alhoewel vaker gespreid over de dag en ook het openbaar vervoer kreeg weer meer passagiers. De overheid verwacht dat het wegverkeer afhankelijk van de economische groei weer snel op het niveau van 2019 zal zijn, in 2025 zal het 10% hoger liggen dan in 2019. Wel zal het spitsverkeer afnemen, door thuiswerken, maar ook door toegenomen flexibiliteit in openingstijden van bedrijven en onderwijsinstellingen. Hoe zit het dan met het OV? Er is een duidelijke verschuiving van collectief vervoer (trein, bus) naar ‘veiliger’ individueel vervoer. Bovendien wordt het OV harder geraakt door de toename van het aantal thuiswerkers, want het gaat vaak om forensen. In het basisscenario van de overheid ligt het OV-gebruik in 2025 weer op het niveau van 2019, in een somber scenario blijft het 8% achter. Maar er verandert meer. De fiets is de grote winnaar. Nederland is al veruit het grootste fietsland ter wereld met een infrastructuur die steeds beter wordt aangepast op deze vervoersmodaliteit. Bovendien zorgt de groei van het aantal elektrische fietsen voor extra gemak, fietsers leggen probleemloos langere afstanden af. Ook de klimaatcrisis zal grote gevolgen hebben voor vervoer, op termijn zeker meer dan corona.
De economie
Dat corona de economie hard heeft geraakt is een open deur, maar in Nederland minder hard dan in veel andere landen. De economie kromp in 2020 met 3,7%. De krimp is volgens het CBS vooral veroorzaakt door de lagere consumptie door huishoudens, maar ook de investeringen en het handelssaldo droegen bij aan de krimp. De overheidsconsumptie groeide wel licht. De verwachting voor dit jaar is dat de economie redelijk vlot zal herstellen, maar die uitspraak staat of valt met het vaccinatietempo en bijvoorbeeld het al dan niet optreden van nieuwe virusvarianten. De verwachte groei is 2,2% en eind dit jaar zal de economie weer het niveau bereiken van 2019. Ook zorgt het aanhoudende woningtekort voor een verdere stijging van de huizenprijzen. Veel is onzeker, de overheid, CBS net als werkgeversorganisatie en banken houden veel slagen om de arm. Daarom is zelfs een kwartaalvoorspelling alleen met het nodige voorbehoud te maken. We gaan het zien.