Freek Hartgring: ‘Plezier in je werk is de basis van alle succes’
Freek Hartgring over horeca en de nieuwste loot aan de stam: Bar Nobel
De horeca-loopbaan van Freek Hartgring (57 jaar) begon niet zoals zo vaak in de bediening tijdens zijn studietijd. Hij verdiende toen zijn extra centjes als beveiliger en daarin maakte hij snel carrière. Maar zijn hart lag er niet, dat lag in de wijnhandel, met name in Portugese wijnen. Dus daarin is hij nog steeds actief. Maar er kwamen meer kansen in de horeca en Freek is iemand die kansen pakt. Vaak niet in zijn eentje, maar met anderen en met hemzelf in een rol op de achtergrond, nooit achter de tap. Dat geldt ook voor Bar Nobel, die op 22 mei de deuren opende aan de Grotestraat 7 in Nijmegen. Een nieuw concept, maar met veel potentie volgens Freek. Een verhaal van een liefhebber.
Het interview vindt plaats in Café van Rijn. Freek is druk met het tellen van de omzet van de vorige avond, het rooster in orde te maken en te praten met de schoonmaker. Sigaartje in de mond, koffie binnen handbereik, de rust zelve. “Er komen altijd nieuwe dingen op je pad”, vertelt Freek. “En dan heb je de keuze, ja of nee, doen of laten. Ik ben echt niet in elk voorstel ingestapt, het moet me wel liggen, een voortzetting zijn van wat ik al doe en waar ik goed in ben. Dat heeft niet zoveel met zoeken naar zekerheid te maken, maar alles met een beetje avontuur, iets nieuws beginnen en daar een succes van maken.”
Portugese Wijnkopers
Freek studeerde economisch sociale geschiedenis in Nijmegen. Hij kwam via het Wijnfort in aanraking met wijn. “Na mijn studie ben ik toen de Portugese Wijnkopers gestart. Portugal is een fantastisch wijnland, maar de Portugezen drinken hun goede wijnen – en daar hebben ze veel van – het liefst zelf op. De bulk die wij hier in Nederland vroeger kregen voorgeschoteld was van mindere kwaliteit, dus zag ik het als mijn missie om Nederlandse wijnliefhebbers kennis te laten maken met mooie Portugese wijnen. Hoe doe je dat? Om te beginnen door veel in Portugal te zijn, wijnboeren te bezoeken, relaties met ze aan te gaan en ze te verleiden een deel van hun betere wijnen voor de export te bestemmen. In Nederland ging ik pionieren met wijnproeverijen, maar ook met het bezoeken van horeca. Ook daar hadden ze nog weinig idee over de potentie van Portugese wijnen. Ik hoop dat ik daar in de loop der jaren enige verandering in heb aangebracht, ik denk het eigenlijk wel. Ik was de grootste importeur van Portugese wijnen en port in Nederland. Bovendien heeft het me veel vrienden in Portugal opgeleverd, ik kom er nog altijd graag en frequent.” Freek stapte twintig jaar geleden samen met Jordy Bauman in het Wijnfort. “Het kwam te koop en we zagen er wel wat in. We vonden financiers en gingen aan de slag. Toen kwam de Compagnie te koop en dat deed ik samen met Maartje en Pierre de Haard, echte ondernemers en horecadieren. In die periode kwam ook Café van Rijn voorbij en ook daar ben ik ingestapt, want ik vond het een geweldige locatie. Dat heb ik getransformeerd tot een drukbezocht studentencafé. We doen er zo’n 800 hectoliter per jaar, 360.000 glazen en dat is volgens pandeigenaar Grolsch veel bier per vierkante meter vloeroppervlak.”
Foodbar Barrika
Er kwamen meer kansen, Freek stapte met Jordy Baumann in De Belvedère. Hij verkocht de Portugese Wijnkopers, maar hij bleef actief in de wijnhandel en hij startte onder andere met de Portstars Wijnkopers. Sommige belangen gaf hij op. Hij verkocht zijn aandeel in het Wijnfort en de Compagnie. “Er ligt altijd wel ergens een nieuwe kans. Rik van Willenswaard, mijn voormalige bedrijfsleider in Van Rijn, wilde samen met mij iets nieuws starten. Ik heb hem geadviseerd om twee jaar de tijd te nemen om zijn ervaring in de horecawereld te verbreden. Dat deed hij en daarna stond hij weer op de stoep met dezelfde vraag: iets nieuws. Voor mij hangt succes in horeca altijd samen met twee zaken: de locatie en het concept. Het moet iets nieuws zijn, geen dertien in een dozijn, want dan concurreer je je te pletter, maar iets waar een bepaalde doelgroep zich tot aangetrokken voelt. Dat werd Foodbar Barrika aan de Van Welderenstraat. Borrel, biertje, cocktail, shared dining, mooie producten, goede service, laagdrempelig, maar kwalitatief meer dan in orde. Daar geloof ik in.”
Bar Nobel
Er diende zich met Robert Gushlow een nieuwe voormalige bedrijfsleider aan, die ook wel zin had in een eigen horeca-avontuur met Freek. “Toen begon de zoektocht opnieuw. Waar vinden we een goede locatie en wat wordt onze doelgroep? We vonden een pand aan de Grotestraat in Nijmegen, een bekende uitgangsstraat die de laatste jaren is overgenomen door jonge enthousiaste ondernemers, die er weer vol tegenaan willen gaan. In zo’n omgeving voelen we ons thuis en dus ontstond het idee achter Bar Nobel. De perfecte plek voor mensen die hun studententijd zijn ontgroeid (23-plus), maar die nog wel een leuke borrel willen drinken, zich lekker willen ontspannen in een omgeving die op hun wensen is afgestemd, met de betere Nederlandstalige muziek en guilty pleasures. Voor gasten die te oud zijn voor Van Rijn, maar wel nog graag willen stappen. We hebben er een jaar aan verbouwd, door corona hadden we voldoende tijd.” Freek houdt zich nu dus nog bezig met Portstars Wijnkopers, Café Van Rijn, Foodbar Barrika en Bar Nobel. “Het was eerlijk gezegd nooit mijn doel om (mede)eigenaar te worden van vier horecaformules, ik ben er eigenlijk gewoon ingerold en zo langzamerhand mag ik mezelf wel een liefhebber noemen. Maar mijn hart ligt nog steeds bij de wijn. Vandaar ook Portstars Wijnkopers. Eigenlijk was port een beetje in een vergeethoekje terecht gekomen. Een ouwelullendrankje, maar het is helemaal op de weg terug. Voor mij is port een van de mooiste producten in de wijnwereld. Ik ben met Portstars Wijnkopers weer lekker helemaal alleen begonnen.” De andere zaken zijn geen bijzaken. “Dat is onmogelijk, elke zaak krijgt de volle aandacht, dit is geen hobby, maar serieuze business.”
Booming business
Freek en zijn medewerkers hebben zich door corona heen geslagen. “Dat was een moeilijke tijd, maar we hebben het mede door de overheidsmaatregelen overleefd. Het gaf ons tijdens de lockdowns bijvoorbeeld ook de mogelijkheid om medewerkers in te zetten bij de verbouwing van Bar Nobel. Nu is de business weer booming, maar ik verwacht dat die binnen afzienbare tijd weer zal normaliseren. Voor veel horecazaken zal corona nog een staartje krijgen als in oktober de belastingdienst op de stoep staat. Dat zal ons niet gebeuren.” Als Freek terugkijkt op 25 jaar horecaervaring vallen hem een aantal zaken op. “Het vak is niet veranderd, het draait nog steeds om gastvrijheid en een aanbod en concept dat past bij de klantvraag. De klant zelf is wel veranderd. Veel mondiger, veel veeleisender. Vroeger kon je bij Van Rijn kiezen uit pils, donker bier en een flesje limonade, nu hebben we zestien speciaalbieren op de tap. Het publiek gedraagt zich ook slechter. Van Rijn mag dan een studentenkroeg zijn, dat betekent in mijn ogen niet dat je de boel ook moet slopen. Op een avond hebben we gemiddeld vijftig kapotte glazen, toiletpotten en wasbakken moeten het regelmatig ontgelden en onze lampen hebben we extra hoog moeten hangen. Waarom? Een combinatie van drank en pure ballorigheid denk ik. Dat vergt wel meer van onze medewerkers.” Dat is een mooi bruggetje naar een onderwerp, waarvan menige horecabaas wakker ligt. Hoe kom ik aan personeel? “Dat probleem hebben we niet. Mensen werken hier graag. Niet alleen omdat we fatsoenlijk volgens CAO betalen, maar ook omdat we rekening met ze houden, geen oproepkracht die om 00.30 uur nog moet aantreden. Probleem is dat werken in de natte horeca niet echt als een vak wordt gezien en dus te laag wordt betaald. Dat is onterecht, het is keihard werken en het vergt veel kennis van zaken over producten, maar nog meer over mensen. Wij geven onze medewerkers vertrouwen en dat wordt maar zelden beschaamd. Bovendien zorgen we goed voor onze mensen, we sluiten elke dag af met een drankje en we gaan elk jaar inclusief oud-medewerkers een paar dagen naar Winterberg. Dat kost wat, maar het zorgt wel voor binding. We hebben daarom leuke teams, met mensen die altijd wel een vriend of vriendin kennen om een vacature in te vullen. Dus ik mag niet klagen.”
Energie
Mocht de hele wereld instorten en Freek zonder werk komen, dan zou hij kiezen voor iets aan een lopende band. “Het lijkt me heerlijk om bezig te zijn en intussen je gedachten de vrije loop te laten. Gaat nooit lukken, want ik denk dat ik na veertien dagen wel een lijst heb voor de directie met zaken die ze kunnen verbeteren. Ondernemen zit me blijkbaar toch in het bloed. Nieuwe concepten bedenken, zaken opzetten, daar krijg ik energie van, dat vind ik echt leuk. En plezier is de basis van succes, daar geloof ik heilig in.”