Column Roel Kop: “Haast je langzaam”

Het is al weer een tijdje geleden dat ik met de vergaderpapieren onder de arm een vergadering kwam binnenstormen. De rest van de deelnemers van de vergadering zat al lang en breed aan de koffie of de thee, al dan niet met een koekje of andere versnapering. Ik ging zitten op de stoel die nog vrij was en installeerde mij al koffie inschenkend. Te laat komen is niet tof. En het wordt nog erger naarmate er meer mensen op je wachten of een vergadering of zitting zelfs niet kan aanvangen, omdat jij er niet bent. De voorzitter van de vergadering keek mij – in mijn herinnering begripvol, maar ook indringend – aan en zei tegen mij: “haast je langzaam”.
Dat ene zinnetje, nu meer dan twee jaar geleden uitgesproken, houdt mij sindsdien bezig. Met name in mijn werk. Het zinnetje en het gegeven advies is een zogenaamde contradictio in terminis. De vertaling vanuit het Latijn is “tegenspraak in termen”, maar beter bekend is het begrip “innerlijke tegenstrijdigheid”. Mijn amice Sjef van Swaaij schreef er al eens een taallesje over, over het begrip innerlijke tegenstrijdigheid. Hij schreef daar het volgende over: “Weliswaar wordt uit de context wel duidelijk wat bedoeld wordt, maar het is gewoon niet strak opgeschreven: het klopt uiteindelijk niet. Wij juristen moeten op een zodanige wijze formuleren, dat van zulke ongerechtigheden geen sprake is”. Daar heeft hij natuurlijk groot gelijk in, maar van een innerlijke tegenstrijdigheid kan je ook wat leren. Het kan je een voortschrijdend inzicht geven.
Vragen die bij mij nog steeds op komen borrelen zijn bijvoorbeeld:
- Je langzaam haasten, hoe doe je dat?
- Je langzaam haasten, waarom doe je dat?
- Wat is langzaam?
- Wat is haasten?
Ik zie het zo. Je moet overal de tijd voor nemen. Je moet bij voorkeur eerst denken en dan doen. Je mag daarbij natuurlijk best dynamisch denken en ook duidelijk doen. Maar neem je tijd. Slaap er zo nodig een nachtje over. Ga terug naar het balkon, neem besluiten, maar doe niets overhaast. En hoewel “speed the essence of war” is, is vrede vaak ook een groot goed. Vertaald in het arbeidsrecht zou je kunnen zeggen dat je in bepaalde gevallen het best een kort geding procedure kunt opstarten. Bijvoorbeeld als iemand op non actief is gesteld. Of als iemand op staande voet is ontslagen. Maar als je besluit een kort geding op te starten, kun je ook besluiten om de wederpartij eerst een concept van de kort geding dagvaarding te overhandigen, om vervolgens, naar aanleiding van dat concept, een minnelijke regeling te beproeven. Lukt de minnelijke regeling niet, of duurt het te lang, dan kun je altijd nog het kort geding daadwerkelijk voeren. Kijk dus of vrede gesloten kan worden, alvorens de oorlog aan te gaan. Op die manier haast je jezelf langzaam, als je het mij vraagt.
Mijn tip voor 2019 is:
“Doe het zo snel mogelijk, maar niet sneller”
Roel Kop