Man en vrouw zijn niet hetzelfde, maar wel gelijkwaardig, toch? Over plakkende vloeren en glazen plafonds
Eumedion, de belangenvereniging voor institutionele beleggers, deed onlangs per brief een oproep aan beursgenoteerde bedrijven, die qua vrouwelijke bezetting in besturen en toezichthoudende raden niet voldeden aan het door de overheid gehanteerde streefcijfer van 30%. Wanneer beleggers zo’n signaal afgeven, dan is er iets aan de hand. Over het glazen plafond, Stratego voor vrouwen en andere zaken die eindelijk eens moeten worden recht getrokken.
Dat bedrijven het vrouwenquotum niet halen is algemeen bekend, maar dat slechts vijf beursgenoteerde bedrijven 30% vrouwen in de raad van bestuur en de raad van commissarissen hebben is ronduit beschamend. Dat blijkt uit de jaarlijkse Female Board Index. Gemiddeld is bij de negentig beursgenoteerde bedrijven in Nederland 6% van de bestuurders en een kwart van de commissarissen vrouw. Die cijfers zijn gelijk aan die van vorig jaar. Informatieleverancier Wolters Kluwer doet het goed met 44% vrouwen in de top, beursintermediair FlowTraders en bouwconcern VolkerWessels zijn daarentegen nog echte mannenbolwerken. Eumedion schrijft in hun brief dat divers samengestelde bestuursorganen leiden tot betere besluitvorming en tot betere inschattingen van kansen en risico’s. De belangenvereniging dringt er op aan om een diversiteitsbeleid te ontwikkelen en zich te committeren om binnen twee jaar meer vrouwelijke bestuurders en commissarissen ter benoeming voor te leggen aan de aandeelhoudersvergadering. Steeds meer institutionele beleggers hebben hun stembeleid zo gewijzigd dat er tegen (her)benoeming van mannelijke bestuurders en commissarissen wordt gestemd als de onderneming nog geen of slechts een beperkt aantal vrouwelijke bestuurders en/of commissarissen telt.
STUKJE GESCHIEDENIS
Ondanks de vrouwenbeweging aan het eind van de negentiende eeuw en de feministische golf in de jaren zestig hebben mannen nog steeds meer macht en nemen een hogere plaats op de maatschappelijke ladder in dan vrouwen. Dat is eigenlijk van alle tijden, mannen en vrouwen waren niet gelijkwaardig, dat wordt zelfs in bijbel en koran betoogd. Vrouwen kwamen langzaam in verzet. Pas in 1917 werd het passieve kiesrecht aan vrouwen toegekend, twee jaar later het algemeen kiesrecht. Pas in 1956 werd de wet afgeschaft waarin werd geregeld dat vrouwen door hun huwelijk als handelingsonbekwaam moesten worden bestempeld. Ze konden door te trouwen bijvoorbeeld geen bankrekening openen of hun eigen geld beheren zonder toestemming van hun man. Vrouwen waren verplicht hun man te gehoorzamen. Vrouwen die zwanger werden verloren tot ver in de jaren zestig als vanzelf hun baan, ze werden geacht zich vanaf dat moment fulltime bezig te houden met de opvoeding van de kinderen. Toen de gelijkwaardigheid steeds grotere vormen aannam en ook gehuwde vrouwen met kinderen schoorvoetend weer toegang kregen tot de arbeidsmarkt, was hun positie nog steeds duidelijk ondergeschikt aan die van mannen. Ze hadden het moeilijker op de werkvloer, hun carrières verliepen trager. De wetgever probeerde te hulp te schieten. In 1975 kwam onder invloed van de Europese Gemeenschap de Wet gelijk loon voor mannen en vrouwen tot stand. In 1980 volgde de Wet gelijke behandeling mannen en vrouwen, die de gelijke behandeling op de arbeidsmarkt moest afdwingen. Toch is van gelijke behandeling nog steeds geen sprake. Veel huishoudens kennen nog steeds de traditionele rolverdeling en op de arbeidsmarkt zijn de salarissen van mannen en vrouwen in gelijkwaardige functies verschillend. Uit een Global Gender Diversity onderzoek uit 2015 blijkt overigens dat de verschillen in Nederland minder zijn dan in veel andere landen. Dat lijkt voor een deel cultureel bepaald, zo is het normaal dat vrouwen in Nederland deelnemen aan het arbeidsproces.
OORZAKEN
Hoe is te verklaren dat er vrijwel er minstens net zoveel vrouwen als mannen HBO en WO onderwijs volgen – waarbij vrouwen vaker en met hogere cijfers afstuderen – en ze toch minder snel carrière maken. Eén verklaring zou kunnen zijn dat ook jonge vrouwen vaker in deeltijd werken, ook als ze geen kinderen hebben. In deeltijd werken wordt gezien als een sterke rem op een voorspoedige carrière. Een recent onderzoek van het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP) laat dat zien. Vrouwen volgen vaker opleidingen naar werkplekken waar deeltijd de norm is (bijvoorbeeld zorg en onderwijs). Opvallend is dat vandaag de dag steeds meer jongemannen genoegen nemen met een deeltijdbaan. Wanneer ze voldoende verdienen om een volwaardig bestaan te leiden dan is dat voldoende. Liever drie dagen werken aan interessante opdrachten dan wekelijks minimaal 50 uur pezen voor een grotere auto en meer status. Vrijetijd lijkt ook voor jongemannen steeds meer de nieuwe luxe, de snelle lease-auto verliest rap terrein.
STRATEGO VOOR VROUWEN
Uit het onderzoek komt ook naar voren dat vrouwen minder waarde hechten aan status en aan geld dan mannen, met als gevolg dat ze het in de ratrace naar de top vaak afleggen. Er zijn nog meer factoren die daar een rol in spelen. Vrouwen zijn ook minder gewend om deel te nemen aan de competitie die veel afvallers en uiteindelijk maar enkele winnaars kent: de mannen die het helemaal tot aan de top halen. Veel vrouwen hebben aanvankelijk niet eens door dat er op het werk een spel wordt gespeeld. Ze verwachten transparantie, je doet je best, je krijgt waardering en die waardering wordt vanzelfsprekend omgezet in betere functies. Zo werkt het niet. Monic Bührs en Elisa de Groot schreven er met ‘Stratego voor vrouwen’ twintig jaar geleden al een boek over. Het boek belicht de ongeschreven regels op het werk en laat zien hoe je daar als vrouw op een slimme en doelgerichte manier mee om kunt gaan. Dit boek is vooral geschreven voor vrouwen die zich richting de top van een organisatie bewegen. Hun rol verandert van inhoudelijk naar politiek en dan is het volgens Bührs en de Groot van belang dat je de (ongeschreven) regels van het spel leert kennen. Het spel en de regels veranderen, de dynamiek is anders en er is niemand die je daarvan op de hoogte brengt, zeker mannen niet, want zij zijn je tegenstanders. Het bordspel Stratego (wie kent het niet) is een spel van aanval en verdediging van strategie en verrassing. Voorwaarde voor een goede afloop is dat je je tegenstander kunt doorgronden en zijn stappen kunt voorzien. Daar stem je je eigen strategie op af. Ken je de regels van het spel onvoldoende, dan zul je nooit als winnaar uit de strijd komen. Een winnaar analyseert zijn tegenstanders, onderhandelt effectief, zorgt voor een goede profilering en positionering, kortom stippelt een winnende strategie uit.
PLAKKENDE VLOEREN, GLAZEN PLAFONDS
Hoe zijn die oude op mannen afgestemde gedragspatronen in organisaties ontstaan? Wat maakt dat het voor in potentie zeer succesvolle vrouwen moeilijker is de top te bereiken? Het antwoord ligt volgens Monic Bührs en Elisa de Groot in het verleden. De ongeschreven regels zijn toen ontstaan en geschreven door de mannelijke oprichters op basis van mannelijke karaktereigenschappen. Die verschillen aanmerkelijk van de vrouwelijke eigenschappen. Mannen zijn bijvoorbeeld minder loyaal en geven hun loyaliteit sneller aan de winnende partij, ze communiceren anders, lijken besluitvaardiger, gaan confrontaties aan, denken anders na over hun plaats in de hiërarchie en passen hun gedrag daar op aan. Mannen zijn pragmatischer, meer bezig met het versterken van hun positie en zijn gewend om in competitie te opereren. Dat zet in een organisatie die bewust en onbewust volgens die regels opereert vrouwen op achterstand. Ten slotte hoeven vrouwen die het goed doen niet te rekenen op loyaliteit van andere vrouwen. Dan treedt vaak het krabbenmandeffect op. De krab die zich bijna uit de mand weet te ontworstelen wordt door soortgenoten weer omlaag getrokken. Madeleine Albright oud-minister van buitenlandse zaken van Amerika omschreef het als volgt: ‘Vrouwen zijn erg hard voor elkaar. Wij vrouwen zijn onze ergste vijand. Wij helpen elkaar niet genoeg. Ik zeg altijd: Er is een speciaal plekje in de hel gereserveerd voor vrouwen die elkaar niet helpen.’ Gaat het dan nooit veranderen? Ja, maar of brieven van Eumedion en wettelijke voorschriften helpen is niet zeker. Verandering moet in de breedte worden gedragen. De mores moeten veranderen, vrouwen moeten gelijkwaardig worden behandeld. Francoise Giroud (in 1974 in Frankrijk de eerste minister voor vrouwenzaken) had duidelijke opvattingen wanneer dat punt zou zijn bereikt: ‘Vrouwen zullen pas helemaal gelijkwaardig zijn wanneer ook middelmatige vrouwen op hoge posten terechtkomen’.
Monic Bührs en Elisa de Groot; Stratego voor vouwen, ISBN 9789462200302